P31 Steenwijk – Zwartsluis.
Vandaag pakte ik de draad weer op waar ik vorige week was geëindigd: bij het station van Steenwijk. Vanaf hier ging het direct richting de grote kerk, een opvallend middelpunt van de stad. Al snel liep ik door het prachtige park Rams Woerthe, dat opnieuw indruk maakte met zijn serene sfeer en statige bomen. Na een korte wandeling door het park zette ik koers naar de natuurijsbaan van Steenwijk.
Deze ijsbaan, een grote en open ruimte, lag er rustig bij. Het gras kwam op sommige plekken echter al boven het wateroppervlak uit. Vanmorgen had het nog gevroren, en later onderweg zag ik zelfs wat dun ijs op een slootje liggen. Toch leek het erop dat de lente hier al zijn intrede deed en het schaatsseizoen wel voorbij was. De natuurijsbaan is eigendom van de Steenwijker ijsclub “Het Verlaat.” Een beetje speurwerk leerde me dat Het Verlaat ooit een buurtschap bij Steenwijk was, waar nu een industriegebied ligt dat dezelfde naam draagt. Hier begon vroeger het Steenwijkerdiep, een waterweg die Steenwijk met de Zuiderzee verbond. De ijsclub heeft een rijke geschiedenis van meer dan 100 jaar. Oude kranten noemen rond 1870 al jaarvergaderingen en wedstrijden, niet verrassend in een regio met plaatsen als Giethoorn om de hoek.
Na het verlaten van het industrieterrein “Het Verlaat” wandelde ik verder richting Giethoorn. Mijn eerste stop was in Noordeinde, waarna de route via smalle paadjes en charmante bruggetjes door het beroemde dorp voerde. Giethoorn stelde zoals altijd niet teleur: langs statige huizen, pittoreske kanaaltjes en een ooievaarsnest waar luid werd geklepperd, genoot ik volop van het idyllische landschap.
Bij het Molengat, een prachtige locatie aan het water, vond ik het clubhuis van ijsclub Giethoorn. Een opvallend gebouw dat perfect past in deze schilderachtige omgeving. Hier, bij natuurijs, starten bekende toertochten zoals de Hollands Venetiëtocht en de Giethoornse Dorpentocht. ’s Avonds wordt het Molengat zelfs sfeervol verlicht. De kaarten van deze tochten, die een schaatsliefhebber zeker moet zien, zijn te vinden op de website van de ijsclub.
• https://www.ijsclubgiethoorn.nl/hollands-venetietocht/
• https://www.ijsclubgiethoorn.nl/dorpentocht/
In het centrum van Giethoorn viel de drukte gelukkig mee. Veel restaurants waren gesloten, maar ik vond gelukkig nog een plekje om te genieten van een heerlijke lunch. Met hernieuwde energie ging ik verder richting Zwartsluis.
Dit was nog een flink eindje wandelen. Bij De Blauwe Hand, waar verschillende meren samenkomen, pauzeerde ik even. Op een bankje, met een kop thee, genoot ik van het uitzicht over het water. Hoewel de koude wind stevig blies, maakte het zonnetje alles goed.
In Zwartsluis aangekomen, liep ik langs de natuurijsbaan van ijsclub Concordia. Ook deze club kent een rijke geschiedenis. Zo vond ik een vermelding in de Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant van 5 december 1879, waar de voorzitter met een bijzondere titel werd aangeduid: President der IJsclub Concordia te Zwartsluis. Ook opvallend was hoe serieus er vroeger werd geschaatst. In de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 26 januari 1886 stond dat deelnemers, met een inleg van 50 cent, kans maakten op een prijs van 50 gulden. De wedstrijden werden destijds opgeluisterd door muziek, wat het een feestelijk karakter gaf.
Na een laatste stukje door Zwartsluis eindigde de tocht bij het busstation. Een mooie wandeling vol historie en natuur, en weer een stap dichter bij het ontdekken van alle ijsbanen in de regio.
